MAGISTER VERSUS ITSLEARNING?

Onderstaande artikel heb ik geschreven om een overzicht tussen beide ELO’s te krijgen. Tot op heden was het niet gepubliceerd. Hoor en wederhoor toegepast. Het vraagteken achter de titel geeft aan dat ik geen keuze wil maken. Beide ELO’s hebben kenmerken en zaken die scholen zal aanspreken. Het is aan hen daar mee om te gaan.

Een ELO omvat de technische voorzieningen (hardware, software en telecommunicatie infrastructuur) die de interactie faciliteren tussen het proces van leren de communicatie die nodig is voor dat leren de organisatie van het leren. (uit Handreiking Elektronische Leer Omgeving, schoolnet Brabant en TNO)

INLEIDING
Na rondgekeken te hebben op Magister, samengevoegd met de ervaring van de afgelopen jaren heb ik vijf overdenkingen die en rol kunne spelen bij de keuze voor de een of de ander.
Veel scholen overwegen een overstap van itslearning of Teletop naar Magister. Afhankelijk van de staat van gebruik in een school is dat een forse overstap, een overstap met consequenties is. Voor alle duidelijkheid, het is in dit stuk niet de bedoeling om een van beide systemen te verketteren dan wel er de loftrompet over uit te steken. Ik zal proberen aan te geven waar de verschillen zitten. Daarvoor hanteer ik vijf punten.

VIJF PUNTEN
1. Uitgangspunt beide systemen
Magister is ontworpen als school-administratie pakket en daar is een Leeromgeving aan toegevoegd, itslearning is opgezet als een leerplatform.

Doordat Magister alle gebruikers en hun positie in de organisatie al heeft verzameld is het handig om hier gebruik van te maken. Itslearning ging niet van het administratiepakket, maar richt zich direct op leerprocessen. Het is echter wel goed mogelijk om de gegevens uit Magister in itslearning te importeren.

Genoemd verschil is aan onder staande zaken te merken.

    • Het is in Magister mogelijk een zeer zware beveiliging in te stellen, immers, naast het ELO gedeelte zitten hier ook belangrijke privé gegevens en cijfers in. De mogelijkheden van beveiliging zijn bij Magister ELO echter wel op niveau aan te passen. Bij itslearning is die beveiliging ruim voldoende, maar kan ze eenvoudiger omwille van het gebruikersgemak.
    • Magister is een veelomvattend programma. Zoveel mogelijk processen zitten erin, van administratie tot ELO, van roosterprogramma tot absentieregistratie. Dit alles kan ook de kwetsbaarheid van het systeem zijn. Opschaalbaarheid en afhankelijkheid van alle functies in één systeem levert soms beperkingen op.
    • Itslearning biedt functionaliteit om alle fasen in het leerproces te ondersteunen alle fasen in het leerproces. Voorbereiden, faciliteren, beoordelen, reflecteren en rapporteren, hoewel dat in Magister ook kan is dat beperkter.

2. Onderwijskundige inzet
Magister is een sterk administratief controleplatform is, terwijl itslearning sterk op de inhoud (zie nogmaals punt III. ) van het leren ingaat. Hieronder geef ik dat met een aantal kenmerken weer.

Magister heeft net als itslearning de volgende onderdelen

    • Agenda
    • Studiewijzer/huiswerk opgeven
    • Content educatieve uitgeverijen in te voegen
    • Toetsen met Wintoets
    • Opdrachten digitaal inleveren, eventueel met plagiaatcontrole
    • Opslag documenten
    • Rooster
    • Scorm integratie (Sharable Content Object Reference Model)
    • Geen app voor smartphones (Magister al wel voor niet-ELO functies, zowel Magister als itslearning ontwikkelen een mobiele website)
    • Projectmatig werken
    • Leermiddelen gestructureerd ordenen
    • Het beoordelen van ingeleverde werkstukken

Magister heeft daarentegen ook

    • Privé opslagruimte per leerling (online-USB stick)Overzichtelijk les-dashboard met Studiewijzer, ELO-Opdracht en administratieve zaken bij elkaar
    • Beoordelingen voor ELO-Opdrachten kunnen direct worden opgenomen in de cijferadministratie
    • Specifieke rollen voor mentoren, studiecoördinatoren, ouders etc . (zij hebben direct inzicht in de studievoortgang, planning, opdrachten, cijfers van leerlingen)
    • toetsing met behulp van scorm en invoer van scorm-pakketen van uitgeverijen. Cijfers zijn van daaruit direct in de cijferadministratie in te voeren.

Itslearning heeft als extra

    • Afnemen van Toetsen, (Magister geeft aan dit te integreren met Quayn)
    • Polls
    • Enquêtes
    • Monitoren leerling-gebruik (wie kijkt er wanneer?)
    • Resultaten kunnen niet automatisch worden vastgelegd
    • Samenwerken met collega’s die ook itslearnig hebben en het programma samen met anderen buiten de eigen schoolomgeving gebruiken
    • Het maken van begrippenlijsten
    • Het maken van persoonlijke Webomgeving of Blog
    • Samenwerking met Google apps of LiveEdu (Office 365) van Microsoft
    • Forum
    • Werkporfolio en presentatieportfolio (vakgerelateerd)
    • een ePortfolio (vakoverstijgend)
    • een App library, waarin eigengemaakt of door anderen ontwikkelde applicaties te vinden zijn die geïntegreerd kunnen worden in itslearning.
    • audio- en videorecorder
    • videoconferentie met chatfunctie

3. Inloggen

Een van de vervelende zaken van een cloudoplossing is het wachtwoord van leerlingen. De single sign-on optie in Magister is daarvoor erg handig. Daarentegen is het natuurlijk ook mogelijk om via speciale tools (Tool4Ever) synchronisatie van inloggegevens te realiseren. Denk hierbij wel aan de jaarlijks terugkerende kosten.
Magister stelt haar database nauwelijks open voor andere partijen. Deze geslotenheid heeft een voordeel (veilig en stabiel) maar ook een nadeel. Synchronisatie en toegang vanuit andere systemen is niet altijd mogelijk. Voor docenten zal een extra beveiliging verstandig zijn. Zij beschikken middels Magister ook over privégegevens van de leerlingen. Voorzichtige omgang met die gegevens is geboden.

Itslearning heeft een eigen systeem. Via een koppeling of uitvoer van gegevens uit Magister kun je de gegevens gelijk maken. Uiteraard zal de beheerder daarvoor extra handelingen moeten verrichten. Voor leerlingen maakt het niet zoveel uit, tenzij ze ook hun cijfers willen controleren in Magister, dan moeten ze twee keer inloggen.

4. Service

Zowel itslearning als Magister vragen geld voor hun diensten. De prijs is gebaseerd op een aantal kenmerken. Denk aan gebruiksgemak, service en beschikbaarheid.
Ervaringen met beide programma’s geven aan dat ze goed bereikbaar zijn voor het onderwijs. Met enige regelmaat komen er bij beiden updates.
Als die goed worden uitgevoerd hoef je er als gebruiker geen last van te hebben. De Cloud is daar immers het middel voor.
Het valt op dat Magister vaker nieuwe updates heeft. Bij itslearning is dat heel wat minder, hooguit vier a vijf keer per jaar. Itslearning communiceert in voorkomende gevallen net als Magister zo goed mogelijk met gebruikers.

5.Gebruikers inzet
Onderstaande uitgangspunten zijn van belang bij de keuze van een ELO of leerplatform,

    • Flexibel onderwijs
    • Onafhankelijk van plaats of tijd beschikken over het lesmateriaal.
    • Het ondersteunen van onderwijsvormen, anders dan frontaal, klassikaal onderwijs.
    • De leerling is te volgen in zijn activiteiten.
    • Het werken op een computer wordt door veel leerlingen in hoge mate gewaardeerd boven het werken met boeken en losse papieren.
      (uit dossier kennisnet 2009)
    • Helaas zijn veel docenten niet in staat om een ELO in te zetten. Daarvoor zijn diverse redenen. Tijd, vaardigheden en inzicht in leerproces zijn de belangrijkste gronden.
      Een aantal heldere voorwaarden die de goede inzet van een ELO garanderen zijn:
    • Passen bij de wijze waarop je onderwijs is ingericht en georganiseerd
    • Draagvlak in de school
    • Digitale vaardigheid docenten op peil (minder van belang bij Magister ELO)
    • Tijd voor ontwikkelen
    • Goede organisatie in de school
    • Gebruiksgemak van de ELO

Scholen die onvoldoende of verkeerd hebben geïnvesteerd in hun ELO, of geen visie op het onderwijs hebben zullen minder van die ELO gebruiken. Veelal is dat een zaak van het management om een goede inzet te bevorderen.
Bij een geslaagde implementatie is itslearning uitgebreider in te zetten dan Magister, er is met itslearning immers meer mogelijk. Uiteraard zullen financiën en de inzet die docenten willen plegen ook een belangrijke rol spelen.

EEN AANTAL VOORWAARDEN VOOR EEN GOEDE ELO

    • In moedertaal
    • De omgeving van waaruit geleerd wordt moet zichtbaar zijn in de ELO. De schoolnaam opnemen in de ELO is dus van groot belang. Inloggen vanuit de schoolomgeving (website) verdient voorkeur.
    • Tekstverwerker in de ELO geïntegreerd.
    • Een mix tussen vakken, projecten, modules, vakoverschrijdende eindtermen en stages moet door de ELO ondersteund worden.
      Daarom moet het volgende in een ELO mogelijk zijn: motiveren en oriënteren – doorgeven van kennis, inzicht en vaardigheden- geven van leertaken en oefeningen- begeleiden- evalueren.
    • Portfolio aanwezig
    • ELO geen extra aanpassingen voor welke pc of besturingssysteem dan ook
    • Kant‐en‐klaar lesmateriaal gemaakt door uitgevers moet eenvoudig kunnen worden ingelezen, de zgn. SCORM pakketten.
    • Aanwezigheid toetssysteem of samenwerken met Wintoets.
    • Voortgangscontrole leerlingen moet mogelijk zijn.
    • Integratie met schooladministratiepakket voor cijfers en import leerlingen dient aanwezig te zijn.

Voor dit artikel is gebruik gemaakt van de ELO’s van Magister, itslearning en het boekje: Implementatieplan voor E‐learning en ELO gebruik binnen een school en het boekje Handreiking Elektronische Leer Omgeving. Tevens hebben beide bedrijven mij van commentaar voorzien.

This entry was posted in Onderwijs and tagged , , . Bookmark the permalink.

Comments are closed.