OLYMPIA DEPHI

Twee archeologische plaatsen en twee interessante musea op een dag
Ondanks de teleurstelling van gisteren willen we alsnog proberen naar Olympia te rijden. We doen dat dan ook redelijk vroeg.  Als we in het stadje aankomen zien we de bussen al weer volop op de parkeerplek staan. We lopen de lange weg naar de ingang van de archeologische vindplaats en vergapen ons vervolgens aan allerlei zaken. Te veel om op te noemen.
Olympia, vernoemd naar de berg Olympus, werd ooit door de Goubertin gebruikt als excuus om een sportief evenement op te zetten.


Delphi in PhotosynthEnigszins luguber is het wel, dat het hart van deze man hier ligt begraven, terwijl zijn lichaam in Frankrijk ter aarde werd besteld. Hoe dan ook, zijn poging tot grootste spelen zijn geslaagd. In Griekenland zijn de spelen in 1896 en in 2004 gehouden.  De laatste heeft ze in elk geval een flinke financiële aderlating gekost. Wel zijn her en der prachtige stadions verschenen. Morgen gaan we naar Marathon, waar het stadion nog steeds gebruikt wordt, al is zoveel marmer niet echt functioneel.
Als we de opgraving van Olympia betreden zien we een geheel met gebaande paden. Grote groepen toeristen lopen over het terrein.
Opvallend zijn de zogenaamde schatkamers. Hier plaatsen bepaalde stadstaten hun geschenken voor de goden. Ook in Delphi zien we dit soort ruimten.
Vlak bij het stadion is ook de plek waar de zon voor het Olympisch vuur zorgt. De Hera tempel op de achtergrond zorgt daar voor mooie plaatjes die elke vier jaar de wereld overgaan. Het stadion is 192 meter lang, we bereiken dit via een ingang die nu nog maar gedeeltelijk overdekt is. Diverse mensen rennen vanaf de meet naar de andere kant. Niet direct een wedstrijd, want vroeger liep men heen en weer. Halverwege is de tribune voor de hoogwaardigheidsbekleders nog te zien, er tegenover de Demeter tempel, althans van wat er nog over is. Heel mooi is het verderop gelegen museum. Hier is het prachtig toeven. Vooral de frontons van de Zeus tempel zijn indrukwekkend.

Na een kop koffie en bladerdeeg gevuld met kaas lopen we terug naar de auto. We gaan proberen voor het avondgloren nog in Delphi te komen. Het museum is daar tot 20.00 uur open, dus het moet te doen zijn. Hoewel het amper 190 km is, geeft de routeplanner aan dat we er ruim 4 uur over zullen doen. Gelukkig valt dat nog wel mee. Ik moet bekennen me ook niet aan de snelheidsborden te hebben gehouden. Niet omdat ik dat niet wilde, maar vooral omdat het wel erg onoverzichtelijk is hoe hard je mag rijden. Soms staan de borden 50 km en 90 km bijna naast elkaar. Hoewel ik behoorlijk doorreed, waren er auto’s die nog harder reden en ons soms knipperend tot opzij gaan dwongen. Grieken rijden nogal vreemd, de witte zijstreep wordt meestal half bereden, zodat snelle auto’s op de tweebaanswegen elkaar toch kunnen passeren zonder op de andere weghelft te komen.

De vele steden en dorpen waar we doorheen rijden zijn niet mooi. Een lange lint van bedrijfjes domineren soms het landschap. Bij Patras gaan we over een grote hangbrug. Ook hier tol zoals zovele andere plekken (Euro 12,50) . Van hieruit gaan we verder langs de zuidkant van het vasteland. Aan onze linkerkant hoge bergen.

In Delphi is het even zoeken naar de plek waar vroeger het orakel stond. Wel zien we de parkeerplaats voor het museum. Daar beginnen we uiteindelijk een prachtige tocht over de restanten van wat ooit het Lourdes uit de oudheid was. Heel toepasselijk beginnen we op de Heilige weg, langs deze weg moeten ooit 3000 prachtige beelden van hebben gestaan. Langs deze weg ook weer restanten van de oude schathuizen. Alleen het gerestaureerde schathuis van de Atheners staat er nog. Een vreemd idee dat heel Delphi met dit soort strak op elkaar staande huizen was bedekt. Vlak naast dit bouwwerk een rots. Het is de steen van een Sibylle, een waarzegster die vanaf hier haar profetieën rondstrooide. Volgens de oude Grieken is Delphi het centrum van de wereld. Daarvoor was er dan ook een navelsteen, die dat middelpunt aan zou geven. Grieken hielden van spelen en vermaak. Een klein theater voor drama en boven op dit heiligdom een heel groot stadion voor paardenrennen laten dit nog zien. De zon gaat langzaam onder, er is nog even tijd voor een snel bezoek aan het Athene Pronaia. De zon weet nog net de laatste stralen te laten stralen op de zuilen. Daarna valt er een donkere schaduw over het oude heiligdom en wordt het zelfs koud. Gelukkig kunnen we nog het prachtige museum bezoeken. Dat is tot 20.00 uur open. Vooral de majestueuze wagenmenner blijft mij bij, net als het beeld van Hermes.
We gaan in de donkerte naar ons hotel. Het toeristenseizoen is duidelijk afgelopen. Het hotel is koud en er zijn slechts twee kamers bezet. Om te eten gaan we nog even het stadje in. De toeristenhap valt behoorlijk tegen.

vlaggriekenland

Griekenland 21-10-2011

This entry was posted in Griekenland and tagged , . Bookmark the permalink.

Comments are closed.