RULDUC, Klooster, school en semenari

Als je het terrein van Rolduc betreedt zie je meteen dat het rijke Roomse leven hier haar hoogtepunt kende. Kende, want de grote aantallen monniken die hier ooit liepen en geschoold werden zie je niet meer. Rolduc, is een voormalige abdij in Kerkrade. De oorspronkelijke naam was Rode of Rade (ontgonnen plaats). Om de plaats te onderscheiden van plaatsen met dezelfde naam werd het Kloosterrade en ook Hertogenrade, in het Latijn Roda Ducis. De naam Rolduc stamt uit de napoleontische tijd en is een samentrekking van Rode-le-Duc, Frans voor ‘s-Hertogenrade.
In de 19e eeuw werd Rolduc een bekend klein seminarie en internaat voor jongens uit de betere Rooms-Katholieke kringen. Veel invloedrijke katholieken (o.a. Lodewijk van Deyssel en Alphons Ariëns en Joseph Goebbels) waren rolduciens.
Na een restauratie werd Rolduc opengesteld als Centrum voor scholen en congressen. Sinds 1970 is Rolduc zo,n een centrum voor congressen, studenten, toeristen en allerlei andere evenementen.
Uit mijn jeugd herinner ik dat mijn vader er met eindexamenkandidaten heen ging. Hij was leraar op het Thomas a Kempis college in Zwolle, een school waar ik ooit les kreeg van een pater, pater van Elst leraar Engels. Sinds 1974 is het seminarie van het bisdom Roermond er gevestigd, ook wel het Gijzen seminarie genoemd, naar de orthodoxe bisschop van die tijd. Tevens is een gedeelte in gebruik als hotel, het congrescentrum kan 300 gasten herbergen. Rolduc is niet een historisch museum of modernistische relieplek, maar een plaats waar eeuwen en eeuwen het RK geloof werd gekoesterd en overgedragen aan nieuwe generaties. Het is dan ook een prachtig en ooit statig voor zijn doel bestemd gebouw. Top architecten hebben er aan gewerkt en er is oerdegelijk gebouwd. Daardoor is de kloostertuin dan ook zo klassiek als zo’n tuin maar kan zijn. Wie ooit in de geboortekerk van Bethlehem was herkent deze tuin. De gebouwen van Rolduc hebben iets statigs. Hier ontsnap je niet, hier gebeurt het.

Je ziet zo voor je dat er een bisschop binnen komt rijden, de priester studenten opzij schietend. Voor deze man is er zelfs een eigen parkeerplek, lijkend op een invalidenparkeerplaats, gereserveerd. Ik vraag me af of hij ook een chauffeur heeft.

Het interieur van de refter waar ik even een glas witte wijn drink is zo refter als je je maar kunt voorstellen. De stoelen zitten  niet lekker, de zaal is groot en onpersoonlijk. Wat ander kun je hiermee dan bij gebrek aan priester studenten er een restaurant voor grote groepen van te maken. Aan de muren hangen nog crucifixen, maar een beeld is uit een nis verdwenen. Het rijke Roomse leven heeft deze plek gedeeltelijk verlaten. Hardop vraag ik me af hoe gelukkig de bewoners van deze plaats zijn geweest. Was dit wel de door hen uitverkoren plaats? Wisten ze wel waar ze aan begonnen?

This entry was posted in Nederland and tagged , . Bookmark the permalink.

Comments are closed.