INTERVIEW MET JOHN MORAVEC

Versie 1.0 scholen kunnen 3.0 leerlingen niets leren.
Onderwijs voor de toekomst

imageLUNTEREN In de eerste week van november 2009 maakte de Amerikaanse onderwijsfuturoloog John Moravec een Europese rondreis waarbij hij meerdere onderwijsinstituten bezocht. Op 4 november werd de 19e i&i conferentie in Lunteren bezocht waar hij voor ruim 300 toehoorders een lezing hield.
Uitgangspunt van John Moravec is dat kennis opdoen door feiten te leren zijn langste tijd heeft gehad. We moeten kinderen voor de toekomst opleiden en dat doe je door ze te leren denken in patronen en systemen. Niet blindelings feiten toepassen die lang geleden zijn bedacht, maar  leerlingen voorbereiden op wat er in de toekomst kan gaan gebeuren. 
Dr. John Moravec is 33 jaar en woont in Minesota, daar is hij directeur van “Leapfrog Institutes” bij het “College of Education and Human Development” aan de Universiteit van Minnesota.
John Moravec trad op 23 maart 2009 op in het VPRO programma “Hoogvliegen in Laagland”, waar men inging op de vraag hoe we een betere talentontwikkeling kunnen krijgen in Nederland. In 2007 schreef hij een spraakmakend artikel  ‘A New Paradigm of Knowledge Production in Higher Education’ waarin zijn ideeën zijn uiteengezet.
Het “educatie 3.0”- model

In zijn werk beschrijft John Moravec hoe het onderwijs en daarmee de wijze van kennisoverdracht zich door de tijd heen heeft ontwikkeld. Hierbij maakt hij gebruik van een 1.0, 2.0 en 3.0 indeling. In de ogen van Moravec zijn de oudere versies 1.0 en 2.0 niet langer toereikend voor de wijze waarop wij informatie tot ons nemen. In een maatschappij waarbij kennis steeds vaker gratis via ‘open source’ verkrijgbaar is, door bijvoorbeeld ‘wikipedia’ en ‘google earth’ en talloze online-bibliotheken, vraagt volgens hem het belang van het aanleren van elementaire kennis als topografie en geschiedenis om een grondige evaluatie. Moravec denkt dat het niet meer nodig is om zgn. pure kennis op te doen, kennis kun je immers verkrijgen door deze te vinden. Onder kennis wordt verstaan de waarde die je aan informatie geeft. Het gaat dus niet om informatie (feiten) maar om feiten met een bepaalde waarde. Zo zullen kleine zakcomputers exacte topografische feiten kunnen weergeven. Deze informatie leren is minder belangrijk dan het verkrijgen van vaardigheden om snel met een computer de benodigde kennis op te doen.
Ook de leraar zal een andere rol in de klas krijgen. Was het bij educatie 1.0 nog zo dat kennisoverdracht als eenrichtingsverkeer van leraar naar leerling werd gezien, in educatie 3.0 is dit niet langer het geval. Leerlingen kunnen uiteraard leren van hun leraren, maar dit kan ook andersom, en ook leerlingen onderling kunnen elkaar het een en ander bijbrengen.
Daarnaast is de plek waar kinderen maar ook volwassenen hun kennis vergroten niet langer het klassieke schoolgebouw of de collegezaal. In het educatie 3.0 tijdperk doen mensen bijvoorbeeld thuis kennis op via hun internetverbinding of bespreken zij hun werk in het park, of vindt er een videoconference plaats in de auto. Hij noemt de mensen die zo werken Nomads. Samenwerken op plaatsen waar mensen samenkomen zal het werkterrein vermengen met verschillende gesprekspartners. Hieruit zouden nieuwe initiatieven kunnen komen die weer leiden tot innovatie op allerlei gebieden.
Wat betreft het waarderen van de kennis als waarheid, verschillen educatie 1.0 en 3.0 behoorlijk. Bij de eerste versie was de waarheid het door de leraar voorgezette verhaal. In 3.0 wordt de waarheid, continu opnieuw gewogen, gedeconstrueerd en vervolgens opnieuw uitgevonden. Een absolute waarheid bestaat niet in 3.0, aldus John Moravec. Mocht Moravec gelijk hebben dan zal de bouw van scholen, de taak van docenten en de manier van leren de komende jaren ingrijpend veranderen.

Tijd voor een interview met Vives
Kunt u uitleggen wat u verstaat onder Education 3.0?
Education 3.0 is een manier van kennisverwerving waarbij de leerling vooral goed voorbereid de toekomst ingaat. Dat leren zal op een geheel andere wijze plaatsvinden dan we het nu kennen.
Niet zo vreemd als je bedenkt dat de manier waarop wij leren vaker veranderde. Ik spreek over Education 3.0 omdat er eerdere fases zijn geweest, namelijk 2.0 en 1.0.
Kort gezegd komt 1.0 uit de periode die we vooral kennen tijdens de industriële revolutie.
De mensen werd geleerd om bijna fabrieksmatig te leren. Alles gaat precies op schema en kennis is feitenkennis. Deze leerperiode begon met de ontdekking van de boekdrukkunst.
Heel langzaam zijn we aan het overstappen naar Education 2.0. Langzaam, want veel scholen zitten zelfs nog niet in die fase. Het ouderwets leren zit diep verankerd. In wezen zou men een reuzensprong naar de 3.0 moeten maken om onze studenten goed voor te bereiden op een wereld die ons door computers in alle soorten en maten aan elkaar verbindt.
John Moravec laat van zijn laptop onderstaande matrix zien. Hierin staan de verschillen tussen drie educatiemodellen. Hij veronderstelt dat hierdoor zijn visie helderder wordt.  Education 1.0 Education 2.0 Education 3.0
Kennis wordt… opgelegd sociaal geconstrueerd sociaal geconstrueerd in een context Technologie wordt….. niet in het klaslokaal toegestaan (digital refugees) voorzichtig in gebruik genomen (digital immigrants) overal toegepast (digital universe)
Onderwijzen gaat van…. leraar naar leerling leraar  naar leerling en leerling naar leerling leraar  naar leerling en leerling naar leerling en leerling naar leraar en via technologie naar mensen onderling

Schoolgebouw is… een gebouw (brick) een gebouw of online (brick and click) overal, in de samenleving zoals cafés, werkplaatsen etc.
Ouders zien scholen als dagopvang dagopvang een plaats waar zij ook kunnen leren
Docenten….. zijn opgeleide professionals  Zijn opgeleide professionals is iedereen overal
Hardware en software in de scholen… worden verkregen tegen hoge kosten  zijn open source en goedkoper goedkoper en doelgericht in te zetten
De industrie ziet afgestudeerden als lopendebandwerkers als slecht voorbereide lopendebandwerkers in een kenniseconomie als medewerker en ondernemer
(volledig spectrum van John Moravec is te vinden op http://www.educationfutures.com/2008/02/15/moving-beyond-education-20/ )

U legt de nadruk nogal op technologie. Kunt u met een paar voorbeelden aangeven of u die verandering nu al ziet?

Ja dat is niet zo moeilijk. Als ik met mijn Iphone de auto instap heb ik al direct een complete informatiebron van feiten bij me. Kijk eens hoe TomTom het autorijden heeft veranderd. Er worden heel wat minder papieren kaarten verkocht. Deze ondersteuning van technologische middelen zal op korte termijn zelfs boeken laten verdwijnen, denk maar aan de meest verkochte gadget van dit moment, de e-reader.

Maar hoe zien die scholen van de toekomst er dan uit?
We gaan van feiten en informatie onthouden naar ontwerpen. Vroeger werd veel meer de nadruk op het onthouden van allerlei mogelijke feiten gelegd, dat zal verdwijnen. Leerlingen hebben binnen niet al te lange tijd de meest geavanceerde apparaatjes om feiten te vinden. Ze kunnen altijd en overal met die informatie werken. Wie dat wil kan bijvoorbeeld bij Starbucks gaan zitten en online werkzaamheden verrichten. Ik voorzie dat een schoolgebouw hooguit dienst doet als een gemeenschappelijke werkplaats. Niet zoals nu een plek waar je kinderen de hele dag kwijt kunt. Ook voor ouders zal de school aantrekkelijker worden. Een leven lang kan er geleerd worden. Scholen zijn straks gebouwd op Mindware.

Wat bedoeld u met Mindware?
Ja Mindware, dat wil zeggen dat scholen geen hard- en software meer nodig hebben om kennis over te brengen, maar ook creativiteit en ontwerpen van kennis.
We zullen nog meer met onze hersenen moeten werken.

Dan gaat dus de leraar zoals wij die nu kennen ook verdwijnen?
Eerlijk gezegd zou ik dat niet zo willen stellen. De docent zal meer een facilitator worden, iemand die het leerproces coördineert. Ook zal hij meer nog dan nu moeten doorgroeien in zijn vak, leren van zijn leerlingen en leren via de technologische middelen die hem ten dienste staan.
Op dit moment wordt de leraar verantwoordelijk gesteld voor de toekomst van kinderen. Een verantwoordelijkheid die door de samenleving naar deze groep is verschoven. De gemeenschap in zijn geheel dient die verantwoordelijkheid te dragen. Specialisten en bijzonder slimme mensen zullen de leraren van de toekomst zijn. Als eerste zal alles gedaan moeten worden om de status van lesgevenden te veranderen. In bijna alle landen wordt die te laag ingeschat, terwijl het in feite een middenmanager is zoals we die bij grote bedrijven kennen. Ook moeten we ophouden de docent als Robot (TomTom) te zien. Docenten zijn niet zo maar uitwisselbaar; er zijn goede en slechte docenten. De slechte moeten onherroepelijk verdwijnen. Ik zie overigens dat er veel te weinig rekening gehouden wordt met de individuele mogelijkheden en de kennis van de docent.
Uw visie lijkt op wat wij hier het nieuwe leren noemen. Dat is een onderwijsvorm waar men hier steeds op terug komt. Leerlingen moeten een groot aantal vaardigheden kennen zoals taal en rekenen om verder te komen. Hoe kijkt u aan tegen het aanleren van die basisvaardigheden?
Basisvaardigheden als taal, rekenen, ethiek en filosofie behoren tot noodzakelijke kennisondergrond. Ik ben van mening dat dat wel klassikaal aangeboden zal moeten worden. Uiteraard zal de leerling daarbij ook leren hoe hij allerlei technologische middelen voor zijn leren begrijpen kan inzetten. Dit soort instructie vindt het beste plaats in klaslokalen.

U stelt dat 1.0 schools can not teach 3.0 kids. Wat wilt u hiermee zeggen?
Kinderen van nu leven al voor een groot gedeelte in een 3.0-cultuur. We zien ook steeds meer dat leerlingen zich minder voor de school interesseren. Er zal dus op een andere manier onderwijs moeten worden aangeboden waardoor leerlingen het onderwijs weer zien als een voor hen perspectiefvolle ontwikkeling.
Om dit te kunnen moeten we een Leapfrog (kikkersprong) maken. We moeten daarbij oppassen voor twee zaken, te weten dat we in technologie niet de oplossing van alles vinden en dat alle gebruikte technologie doelgericht is.

Wat is dan die leapfrog?
Om mee te kunnen met wereldwijde ontwikkelingen zijn een heleboel technologische toepassingen nodig. Die toepassingen kunnen we op verschrikkelijk veel manieren inzetten. Wat we doen moet in ieder geval gericht zijn op de toekomst. In alles wat we moeten doen zal de uitdaging zijn: hoe zal het later gaan? Op dit moment onderwijzen we wel over het verleden en plaatsen we ons in het heden maar aan de toekomst komen we niet toe. Leer leerlingen patronen, trends en mogelijkheden vinden. Laat ze uit wat we hebben gevonden iets ontwerpen of desnoods het oude herconstrueren. We zullen een enorme sprong moeten maken om mensen van 1.0 naar 3.0 denken te brengen. Met nieuwe technologie zal wat ik “old crap- onderwijzen” noem snel moeten verdwijnen.
Een irritant voorbeeld van old crap onderwijs is een PowerPoint op een digiboard. Als die digiboarden worden ingezet als schoolborden oude stijl, dan is dat zonde van de tijd en het geld dat we hierin investeren. Dan heeft technologie ook geen zin.
Uw onderwijsvisie brengt ons weer waar we zijn begonnen; vroeger leerden de ouders hun kinderen en samen gingen ze aan het werk.
Dat klopt, straks zijn we allemaal leerlingen en studenten tegelijk. We kijken straks ook heel anders tegen onze kinderen aan doordat we hen lesgeven. Door deze veranderde omgang kunnen we ook van  hen leren. Dit weer samengaan van ouderen en jongeren zal ook leiden tot een veel hechtere gemeenschap. Door enorme technologische veranderingen en de verkrijgbaarheid van heel veel nieuwe kennis en inzichten zal een leven lang leren nodig zijn om dit bij te houden. We zullen blijven leren om veranderingen te blijven bewerkstelligen.

Hoe kijkt u aan tegen laptopklassen?
Dat kan geweldig zijn als we van die laptops een interactief medium kunnen maken; interactie tussen leerlingen, leraren en de wereld om ons heen kan door technologie tot stand komen. We moeten er echter wel voor waken dat de laptop geen vervanging wordt van een boek. Als je die op een gegeven moment aan elkaar gelijk stelt, dan is de inzet van laptops zinloos.

Mooier zou het zijn als we handzame interactietablets tot onze beschikking kunnen krijgen. Informatie ligt dan onder handbereik en het construeren van nieuwe zaken mogelijk. Uiteraard is zoiets als een open draadloos netwerk erg belangrijk om informatie uit te wisselen. (Tijdens dit interview zitten wij in congrescentrum De Werelt waar deze open Wifi maar mondjesmaat beschikbaar is. John vindt dit afschuwelijk omdat dit naar zijn overtuiging voor de docent en  kenniswerker van nu, onontbeerlijk is)
Met dat laatste ben ik het met u eens. Ook ik zie graag overal open-Wifi. Steeds meer mensen denken er zo over, gezien de enorme toevlucht die 3G in laptops en mobieltjes heeft. In dit kader spreekt u dan ook over ‘knomads in de 3.0 samenleving’. Kunt u dit begrip nog eens nader omschrijven?
Het begrip ´knomads´ stamt af van het woord Nomade. Dat waren reizende groepen die her en der het land gebruikten (meestal vee) om in hun leven te voorzien. Ze bleven nooit op een plaats zitten.
De huidige knomad is een mobiele, creatieve en innovatieve persoon. Ook de knomad gebruikt de mobiliteit om in zijn leven te voorzien, maar ook om zich verder te ontwikkelen. Omdat er overal toegang is tot wereldwijde netwerken is het ook mogelijk om overal te gaan werken. In Amerikaanse cafés heb je heel vaak de mogelijkheid om tijdens het drinken van een kop koffie gebruik te maken van het draadloze netwerk. In veel van deze cafés zie je mensen praten en overleggen. De werker die in de Starbucks of Mac Donald met anderen zit, kan eveneens virtueel elders werken. In scholen zie je dat de huidige leerlingen netbooks, pda’s, of laptops meenemen om te gaan werken. De 3.0 generatie ontwikkelt zich langzaam, maar zal straks de oude manier van lesgeven niet meer kunnen en willen volgen. Onze westerse geglobaliseerde samenleving heeft steeds meer creatieve mensen nodig; creativiteit die nodig zal zijn om in een toekomstige wereld waar Aziatische landen hun deel opeisen.
Knomads werken op verschillende plaatsen, komen verschillende mensen tegen. Dit loslaten van plaats en sociale werkplekken heeft uiteindelijk ook invloed op onderwijs.
Welke aanpassingen in het curriculum van de toekomst ziet u?
Leerlingen zijn bezig zich te richten op de toekomst. Meer technologische hulpmiddelen dan voorheen kunnen we inzetten om basiskennis van bijvoorbeeld wiskunde, taal en rekenen aan te leren. Uiteraard ondersteunen andere leerlingen en volwassenen deze manier van leren door samen te werken. Kennis doet de leerling op door aan de basisfeiten waarde toe te kennen.
Het curriculum richt zich vooral meer op creativiteit. Systemen en patronen zijn aangeleerd als scenario’s waarmee men kan handelen naar bevinding. De wereld verandert zo snel dat we zelf ook zo snel mogelijk mee veranderen. Dat gaat niet, als kennis op een beperkt aantal feiten is gebaseerd. 

Links:
PowerPoint presentatie: http://www.slideshare.net/moravec/toward-society-30-a-new-paradigm-for-21st-century-education-presentation
Lezing gehouden tijdens de i&I conferentie http://www.ieniconferentie.nl/presentaties.html
Optreden John Moravec in VPRO tegenlicht: http://www.vpro.nl/programma/tegenlicht/afleveringen/41571707/items/41713823/
New Paradigm of Knowledge Production in Higher Education:http://www.emeraldinsight.com/Insight/viewContentItem.do;jsessionid=68F226E0CB20B8F9AD1B8C8993B3075A?contentType=Article&hdAction=lnkpdf&contentId=1740566

This entry was posted in i&i, Vives and tagged , . Bookmark the permalink.

Comments are closed.