RIJTJESMUSEUM

Bezoek aan het net geopende Rijksmuseum

Het Rijksmuseum opende enige maanden geleden met een spectaculaire pr campagne haar deuren. Van diverse mensen hadden we al gehoord dat het er erg druk kon zijn, dus besloten we er maandagochtend vroeg heen te gaan. Het was even zoeken naar de ingang, die staat niet erg duidelijk aangegeven. In alle jaren dat ik er kom was dat al aan alle kanten van het gebouw. Nu moet je de fietsgang in, somber in de winter, prettig koel in de zomer.

Het was ondanks het vroege uur toch al erg druk bij de kassa, maar gelukkig konden we snel doorlopen met onze Museumjaarkaart. Wie even de moeite nam om zijn smartphone aan te zetten ontdekte al snel dat er een prachtige app is om je door het museum te leiden, goedkoper en prettiger dan een audiotour. Via de app kun je uit diverse rondleidingen kiezen, wij namen de rondleiding door het gebouw in 90 minuten.

De grote ontvangsthal is praktisch maar in mijn ogen niet mooi. Volgens de architecten komt het steen hier zo prettig overeen met het beige zandsteen dat in 1885 door Cuypers werd gebruikt. Ik begrijp er niets van. Lelijk wit marmer is immers een contrast met antiek beige zandsteen. Wat helemaal treurig oogt zijn de enorme kooien die ze aan het plafond hebben gehangen. Deze kroonluchters doen afbreuk aan het neo-klassieke imago van het gebouw. Vreemd overigens dat Portugese marmer, in de Gouden Eeuw hadden we het niet zo op met die Portugezen. Wellicht wordt dat historische contrast ook passend gevonden.

De naam van het museum roept bij mij enige vraagtekens op. Zo vraag ik mij af waartoe deze enorme kathedraal van de kunst dient. Hebben Cuypers en zijn opdrachtgevers de Nederlandse geschiedenis, cultuur, bouwkunst, rariteiten of Gouden eeuw voor ogen gehad? Ik hou het op een rariteitenkabinet zonder ook maar enige afbreuk te willen doen aan de prachtige dingen die er te zien zijn. Na een uitgave van 375 miljoen euro is het toch vreemd dat ik me dat afvraag.

Wat ik wel weet is dat ik in het Rijtjes museum ben. Er staan overal rijen, lange rijen. Als je het gebouw in wil staat er een rij, maar ook als je je jas wil brengen of ophalen, voor de kassa, voor de informatiebalie, voor de entree naar de tentoonstellingsruimten, voor de audioverhuur, bij de toiletten, voor het restaurant, bij de souvenirshop en voor ieder schilderij. Rembrandt en Vermeer zijn alleen nog maar vanachter drie vier rijen te bekijken.

We kiezen er voor om het nieuwe spectaculair gerestaureerde gebouw te bekijken. Vanuit de Voorhal van Cuypers is goed te zien dat hij een katholieke kathedraal voor ogen had. In deze voorhal zien we historische prenten van gedateerde aard. Zo stort Jan van Schaffelaar zich van een toren, doet Willibrordus zendingswerk en krijgt de Baljuw van Kennemerland op zijn donder van Philips de Goede. Ik vraag mij af of dit in de canon van onze geschiedenis nog een rol speelt. Bij de plaatjes op de muren krijg ik een schoolplaten gevoel, ze lijken door Isings gemaakt. Prachtige glas en loodramen met als thema kunst zijn hier te zien. De hoogste kunst was volgens Cuypers de bouwkunst, die staat dan ook centraal. Het lijkt wel of die Cuypers als God opereerde, wie zegt mij dat bouwkunst de hoogste kunst is? Het Rijtjesmuseum geeft zelf het bewijs dat in de bouwkunst lelijkheid het ook vaak wint. Wie vanuit de Voorhal de eregalerij binnen komt weet het zeker, je bent in een kathedraal met de Nachtwacht als altaarstuk. De Vermeers en Rembrants zijn onzichtbaar verborgen achter veel te veel bezoekers, later op de dag worden het er nog meer. In iedere zij-nis een eredienst voor een Nederlandse of Vlaamse schilder. Als twee monniken staan overal suppoosten de prachtige kunstwerken te bewaken. Luisterend naar mijn rondleiding-app (telefoon aan het oor) wordt mij opgedragen te stoppen met telefoneren. Iedereen wordt, ondanks de drukte, goed in de gaten gehouden.

De kunstwerken hangen zeer waardig, de mooie donkere achtergrond is fantastisch. Wie even aan de drukte wil ontsnappen neemt de ruimte achter de Nachtwacht. Geen mens te zien en er staan toch heel mooie beelden. Vanuit het raam kijk je neer op het Aziatisch paviljoen. De eerste gedachte die je bij dit gebouw krijgt is “wanneer breken ze die bouwkeet af”. Zelf geeft het museum aan dat het een prachtig bouwwerk is, helemaal van Cruz en Ortiz. De uitleg in de app is van een vervreemding die je bijna niet gelooft. Cruz en Ortis hebben volgens de spreker elke verwijzing naar het gebouw van Cuypers vermeden. Geen lijn loopt er mee parallel, er is ook geen decoratie of kleur aangebracht. De architecten zouden met de kale houten trap het spel van licht en donker goed hebben begrepen. Rijtjeshuizen architectuur is het, veel positiever kan ik het niet verwoorden.

De sterrenhemel in de liftlobby is schitterend. Richard Wright heeft zich laten inspireren door Cuypers en heeft in drie maanden dit fantastisch plafond gemaakt. De sterren duizelen en komen naar je toe. Iedere ster (46.000 stuks) is met de hand aangebracht.

Na een bezoekje aan de boekenkelder verlaten we het museum. Het duurt verrekte lang alvorens we er uit kunnen. We moeten de rijtjes eerst afwerken.

Alle foto’s van bezoek aan Rijksmuseum staan hier.

This entry was posted in Kunst, Nederland and tagged , , . Bookmark the permalink.

Comments are closed.