PYLOS ANDRITSENA

HOE BEREND BOTJE WEEROM KWAM
Vanuit onze hotelkamer kijken we over de baai van Navarino (1)  uit. Dit is de plaats waar 184 jaar geleden, 20 oktober 1827 de zeeslag in de baai van Navarino werd uitgevochten. Het was de laatste grote zeeslag die met uitsluitend zeilschepen werd gevochten.
Vanuit onze hotelkamer zien we, ter gelegenheid van die veldslag twee oorlogsschepen liggen, een Russische en een Griekse. Een muziekkorps speelt wat militaristische muziek, rustig richting stadhuis lopend.
De huidige stad Pylos heette vroeger Navarín.

Heel bijzonder is de rol van Lodewijk van Heiden (2) in het strijdgeweld.
Lodewijk Sigismund Vincent Gustaaf rijksgraaf van Heiden werd geboren in Zuidlaren op 6 september 1773. Hij is Berend Botje uit het kinderlied. Naast de Albert Hein staat in een stil hoekje het standbeeld het kinderfiguurtje.
Van Heiden was de zoon van graaf van Heiden, heer van Reinestein en Laarwoud De familie woonde op de havezate Laarwoud in Zuidlaren.

We slingeren een tijd langs niet al te interessante wegen en komen na ruim 2 uur rijden (slechts 100 km) in Olympia aan. We worden daar beloond met een gesloten opgraving. Nog steeds rijden hele busladingen teleurgestelden terug van het terrein. Ook wij lopen even heen en weer en besluiten dan maar dat er niets aan te doen is. Vol onbegrip lopen we dan ook richting auto. Na een blik op de kaart en wat geraadpleeg in reisgidsen besluiten we richting Andritsena te rijden. Een heugelijke tocht, we komen immers pas in het donker bij ons hotel ergens in den vreemde aan. We komen in ene prachtig bergachtig gebied. Er rijden ook hier weinig auto’s, wel zien we zelfs nog oude mannen op ezels tegen met grote takkenbossen aan weerszijde van het arme lastdier. De weg is niet helemaal betrouwbaar, af en toe grote gaten en zelfs een onverwachte opbreking.

Al slingerend komen we bij het laatste avondgloren toch nog in het stadje aan. Op het dorpsplein nuttigen we een heerlijke maaltijd en rijden we weer terug. We willen immers voor het donker in Kaiafas aankomen. Op de kaart zien we een kortere weg. Die brengt ons echter diep de bergen in. Hier zien we schapen op de weg en een vergeten stuk Europees leven. Een nagenoeg afgesloten boeren gemeenschap. We worden hard uitgelachten door een vrouw als we vragen hoe we verder moeten. Schijnbaar is het niet erg gewoon met een auto als de onze hier te rijden. Bij ene vrachtwagen die allerlei goederen verkoopt proberen we dan maar te draaien. Dat lukt wonderwel en we vervolgen onze weg terug. We nemen noodgedwongen dezelfde weg om uiteindelijk in het donker op de E55 uit te komen. Deze weg brengt ons naar Kaiafas, nou ja, we rijden eerst verkeerd. We moeten naar de andere kant van het meer. Daar het stikdonker is zien we gene meer en rijden maar wat aan. Hotel Kaiafas Lake is een merkwaardig hoog gebouw. Te hoog voor deze omgeving als je het mij vraagt. We slapen op de bovenste verdieping op een enorm grote kamer. Samen met een familie uit Nederland, die we telkens tegenkomen, zijn wij hier de enige gasten.

vlaggriekenland

Griekenland 20-10-2011


1. Tijdens de Griekse Onafhankelijkheidsoorlog konden Griekse vrijheidsstrijders tijdelijk de vesting van Navarino veroveren, maar zij moesten zich in 1825 overgeven aan Ibrahim Pasja die van hieruit keiharde vergeldingsacties ondernam
De Turkse sultan bleef koppig iedere vorm van bestand met de Griekse opstandelingen afwijzen, terwijl Frankrijk, Groot-Brittannië en Rusland de feitelijke onafhankelijkheid van Griekenland reeds erkend hadden. Ze hadden zelfs officiële betrekkingen met het land. In Navarino wilden de drie landen een demonstratie van hun macht en overtuiging geven. Dit vooral om de Grieks-Turkse impasse te doorbreken. De geallieerde vloot stond onder bevel van de admiraals Henri de Rigny (Frankrijk), Edward Codrington (Groot-Brittannië) en Lodewijk van Heiden (een Nederlander, in dienst van de Russen). Deze drie zijn in Griekenland tot heden bekend als de Tris Navárchi (“de Drie Admiraals”). Elke Griekse stad heeft wel een Platía Tríon Navárchon (“Plein der Drie Admiraals”). De geallieerde vloot beschikte over 27 schepen met in totaal 1276 kanonnen. De Turks vloot van Ibrahim Pasja lag in een halve cirkel in de Baai van Navarino, met 89 schepen en 2438 kanonnen.

De geallieerden wilden enkel Ibrahim intimideren, zodat hij zich uit de baai zou terugtrekken. De Turken losten enkele salvo’s, waarna spontaan een zeeslag volgde. Tegen de avond was driekwart van de Turkse vloot gekelderd. Kort hierna werden de Grieken onafhankelijk.

Dit voor de Grieken zo heugelijke feit wordt jaarlijks gevierd. Al lijkt het nu na 186 jaar meer op wat militair vertoon dan dat het dorp er echt warm voor loopt. Ik merk in elk geval nergens vee geestdrift. Als wij van de festiviteiten terugkomen. Ligt de hotel eigenaar te dutten.

We raken in elk geval midden in het militaire feestgedruis van deze 20e oktober. Voor ons loopt een met vele goed en mooie pet opgedirkte meneer, generaal zullen we hem maar noemen naast wat notabelen. Ze nemen de erewacht af. Russische militairen met, mitrailleur staan keurig in het gelid. Het geheel lijkt overigens niet zo heel erg goed georkestreerd. Er is wat gedoe. Mij is niet duidelijk wat, maar vooraan zie je wat vreemd geschuivel. Tineke staat aan de andere kant er maakt daar paniek onder de organisatie mee. De vier vlaggen lijken zoek. Na 10 minuten zet de hele stoet zich alsnog in beweging richting centrum. Op dit plein staat ook het standbeeld met de drie admiraals. Als eerste wordt de Britse, dan de Russische en als laatste de Franse vlag gehesen. Uiteraard onder het ten gehoren brengen van de nationale liederen. Het gaat gelukkig heel snel, want zo veel verstaan we ook niet van de weinige woorden die worden geproken.
Wij besluiten uiteindelijk op weg te gaan naar het 90 km verderop gelegen Olympia. Dat valt overigens nog niet mee. Het stadje is door de politie afgezet, en zo rijden wij twee keer langs het plein met blaaskappel en klederdracht.

Op negenjarige leeftijd werd hij cadet bij de Hollandse zeemacht en in 1789 kreeg hij de rang van Luitenant ter zee. Tijdens de zes jaren dat hij in actieve dienst bleef maakte hij verschillende reizen naar de overzeese gebiedsdelen. Hij begeleidde stadhouder Willem V met de boot van Scheveningen naar Engeland. Direct bij zijn terugkeer werd hij gearresteerd en gevangengezet in de Gevangenpoort in Den Haag. Hij onderging vele verhoren, maar weigerde iets los te laten over de overtocht. Na twee maanden kwam een eind aan de gevangenschap door tussenkomst van de Franse generaal Pichegru. Lodewijk vroeg kort daarop ontslag uit de militaire dienst en keerde terug naar Zuidlaren.

Op 22 jarige leeftijd werd hij door de tsaar van Rusland aangesteld als kapitein-luitenant, bij de Russische admiraliteit. Het beleg van Danzig leverde hem in 1813 de bevordering tot commodore op.

Lodewijk was intussen getrouwd met de dochter van de Zweedse admiraal d’Akelye, met wie hij vier kinderen kreeg. Hoewel hij graag terug wilde keren naar Nederland wist de tsaar hem door een serie onderscheidingen aan zich te binden. In 1817 werd hij schout-bij-nacht.

In 1826 kreeg Van Heiden het bevel over de vloot die samen met de Engelse en Franse eskaders naar de Middellandse Zee werd gestuurd om de oorlog tussen Turkije en Griekenland te beëindigen. Bij de Slag van Navarino ontsnapte van der Heyden ternauwernood aan de dood toen het halfdek waar hij zich bevond door een kanonskogel werd verbrijzeld. De Grieken zagen hem als hun verlosser van de Turkse overheersing. Zij noemden hem liefkozend bébé, vader. In Athene is een zijstraat van het Victorieplein naar Van Heiden genoemd.

Op het hoogtepunt van zijn roem, behangen met veel Europese eretekenen, werd hij teruggeroepen door de tsaar en benoemd tot opperbevelhebber van de Russische vloten en gouverneur van Kronstadt.

In 1832 kwam hij voor het laatst terug Nederland. Daar werd hij ingehaald als een vorst. Koning Willem I benoemde hem op 26 augustus 1832 tot Commandeur in de Militaire Willems-Orde en stelde hem een gewapende stoomboot ter beschikking waarmee hij belangrijke plaatsen bezocht. Zo bezocht hij ook Zuidlaren waar zijn roem hem vooruit was gesneld. Een erewacht begeleidde de admiraal naar het gemeentehuis en in Laarwoud werd hem een groot feest aangeboden.

Hij bleef nog een tijdje in Zuidlaren, maar kon er zijn draai niet vinden. Zijn koosnaam BéBé werd in de volksmond al snel verbasterd tot Berend Botje. Uiteindelijk keerde hij hij terug in Reval (Tallin). Hij werd ziek en overleed op 77-jarige leeftijd. Tallin werd zijn laatste rustplaats en niet Zuidlaren zoals hij zelf had gewenst.

vlaggriekenland

Griekenland 20-10-2011

This entry was posted in Griekenland, Reizen and tagged , . Bookmark the permalink.

Comments are closed.