DELPHI HOSIOS LOUKAS GLA MARATHON ARTEMIS

Kloosters, burchten, de marathon en tempel van Artemis, telkens de enigen!
Als we bij het ontwaken de balkondeuren openen zien we in de verte de zee. Delphi lag niet ver van het handigste vervoermiddel uit oude tijden, het water. Toch was het toen nog een hele rit vanuit bijvoorbeeld Sparta of Athene om hier te komen. Tegenwoordig doen wij nogal gekscherend over het orakel, maar dat mensen de moeite namen de reis te maken geeft aan dat het toen bijzonder was. Vele duizenden beelden stonden langs de wegen uit dankbaarheid voor de steun die men kreeg. Hoe vaag het orakel ook kon zijn, het bood houvast voor onzekere mensen in onzekere tijden. Die mensen legden de weg naar boven af die wij in de verte zien.
Na een sober ontbijt in een schemerige ruimte vertrekken we richting Distomo. We gaan daar een Byzantijns klooster hoog in de bergen bezoeken. De weg slingert zich hoog langs een kaal landschap met vertes en dieptes. We passeren zelfs een heus wintersportdorp. ’s Winters zijn delen van Griekenland ski-gebied.

Het Klooster van Osios Loukas[i] is volgens de reisgidsen een van de mooiste Byzantijnse bouwwerken van Griekenland. Als we met de auto aan komen kijken we uit op de westelijke helling van de berg Helicon met daarvoor een groene vallei. In deze vallei doodde volgens de legende Oedipus, per ongeluk, zijn vader Laios.

Het klooster dankte zijn rijkdom aan de relieken van Osios Loukas*. Men geloofde dat je zou kunnen genezen door naast zijn overblijfselen te slapen; daarvoor werd dan ook flink betaald. We lopen een stenen trap af richting kloostercomplex. Onderaan betalen we entree om zowel het museum als de kerk te mogen bezoeken. Het museum bevat vooral mozaïeken. In de tweede wereldoorlog werd dit klooster jammerlijk geraakt door bommen, er zaten naar de Duitsers aannamen partizanen en dan moet het kaput! In het nabij gelegen dorp zien we zelfs een gedenkteken[ii] ter herinnering aan het platbranden van het dorp en de moord op de inwoners van dit gebied.
We bezoeken eerst het refectorium(eetzaal). Deze werd tegelijk met de Grafkerk gebouwd en wordt nu als beeldhouwmuseum gebruikt. In de Tweede Wereldoorlog werd het bijna met de grond gelijk gemaakt, daarna werd het volledig herbouwd.
Onder dit bouwwerk zien we een klein olijvenpersmuseum.
De Katholikon ernaast is gewijd aan Osios Loukas. Dit is de bekendste kerk van het complex. Hij werd ongeveer honderd jaar na de naastgelegen Mariakerk gebouwd. De koepel was oorspronkelijk bedekt met een mozaïek die verschillende fasen uit het leven van Jezus toonde. Nadat die was vernietigd werd het vervangen door het huidige fresco.
Onder de Katholikon ligt de crypte van Sint Barbera[iii]. Dit is de plaats waar Osios Loukas begraven zou liggen. Ongeveer tien eeuwen lang heeft daar een olielamp onafgebroken boven zijn graf gebrand. Aangezien die lamp de erboven hangende fresco’s beschadigde werd deze weggehaald.
Bij de ingang zie je een klokkentoren, dit was oorspronkelijk een verdedigingstoren om de rijkdommen en de inwoners van omliggende dorpen te beschermen bij invallen.
Hoewel wij de enige toeristen zijn, al komen er later wel twee bussen, proberen twee toeristenwinkels bij de ingang zaken te doen. Voor mijn moeder koop ik een Mariabeeldje.

In het dorpje Dimostomo drinken we op het pleintje naast een benzinepomp een kop koffie. We spelen er ook een spelletje triktrak. Daarbij gadegeslagen door een Griek. Hij doet alsof hij het erg goed weet, maar als hij ons ziet spelen wordt hij stil.

Van Dimostome rijden we naar een bijzondere opgraving, die van Gla[iv]. Op een kalkstenen rots of heuvel die uitstak boven het meer van Kopais (nu drooggelegd) was Gla een eiland. We zien in een vlakke droge omgeving een afgeplatte rots die tot 38 meter boven de omgeving uit stijgt.
We beklimmen deze tafelbult. Onderaan staan twee huisjes van kaartverkopers. Ze zijn leeg en deels vernield. De weg naar boven is niet van de kwaliteit als die bij de bekende toeristenpunten.
Het onkruid groeit hier welig. Het lijkt alsof wij de enigen zijn op deze bult. Vermoedelijk is dat ook zo, toen we om dit Myceense verdedigingswerk reden zagen we ook al niets of niemand. We lopen naar het hoogste punt, daar ligt een groot L-vormig gebouw, vermoedelijk een “paleis”. Overal om ons heen groeien krokussen, in de verte vliegt ook een roofvogel. Met enige fantasie zien we onder dit fort nog grote hoeveelheden schatten liggen die na ruim 3000 jaar wachten op ontdekking.

We gaan van hieruit richting Athene. De wegen zijn breed, mooi en dus snel. Bij Marathon slaan we af en kronkelen ons een weg naar de start van de jaarlijkse race. In 2005 liep ik deze zelf nog. Het stadion ziet er nog net als toen uit, al brokkelen de stoepen wel af. Van hieruit volgen we de weg van de marathon over de Marathonas. De blauwe lijn om deze marathon zo snel en efficiënt mogelijk te lopen is duidelijk op het wegdek terug te zien. Het verderop gelegen Marathonmuseum is gesloten. Wel bezoeken we het monument van de slag bij Marathon[v].
Dit gedenkteken kan wel zo bekeken worden. Alle musea zijn hier om 15.00 uur helaas al dicht. Van Marathon rijden we vervolgens langs het graf van de Atheners (ook gesloten).

Weer op de weg naar ons hotel besluiten we toch nog even naar de Artemistempel[vi] in Brauron te gaan. De weg slingert door dorpen naar een wederom gesloten archeologische vindplaats.
Er zijn alleen nog ruïnes. Het niet mogelijk op het terrein te komen. Sinds mei van dit jaar is het gebied wegens opgravingen gesloten. Wij proberen om het terrein er toch in te komen, een vieze sloot, riet en een hoog hek voorkomt deze poging. Wel lukt het ons een paar foto’s te maken van de zuilen op het terrein.
In de schemer rijden wij uiteindelijk naar het laatste hotel van deze reis, Myrto.


vlaggriekenland

Griekenland 22-10-2011

[i]De Gelukzalige” Loukas (Grieks Osios Loukás) werd in 896 geboren in Kastrí, het huidige Delphi. Na een avontuurlijk leven belandde hij uiteindelijk rond 940 in de buurt van het dorp Stiri waar we zojuist doorheen reden. Daar ging hij een ascetisch kluizenaarsleven leiden en werd een gebedsgenezer. Geleidelijk sloot zich een schare vrome jongelieden uit de streek bij hem aan, die de idealen van het Byzantijnse monnikenleven wilden realiseren. Zij bouwden samen een kapel ter ere van Barbara*.
In 953 stierf hij, de eerste kloostercellen waren toen al gebouwd, evenals de eerste kleine kapel, waar zijn volgelingen hem begroeven. Keizer Romanus Lecapenus was de eerste die boven de eenvoudige begraafplaats van de Gelukzalige Loukas een prachtige kloosterkerk begon te bouwen. Later kon keizer Basilius de Bulgarendoder dit werk voltooien. Kunstenaars uit Constantinopel kregen opdracht het fraaie bouwwerk van ornamentele mozaïeken en fresco’s te voorzien.

[ii] Het bloedbad van Distomo vond plaats op 10 juni 1944 in de Griekse plaats Distomo in Centraal-Griekenland.
Op 10 juni 1944 pleegden leden van de 4. SS Polizei Division een massamoord als represailles voor een aanslag van de partizanen. De SS’ers gingen ieder huis langs en vermoorde iedereen die zich binnen bevond. In totaal werden 218 mannen, vrouwen en kinderen vermoord. Het dorp werd na de vergeldingsactie volledig afgebrand en de meeste van ca. 1 800 inwoners moesten een ander onderkomen zoeken.

[iii] Barbara was stiekem Christen geworden, maar toen haar vader haar bekering bemerkte, onthoofdde hij haar. De vader werd daarop zelf door de bliksem dodelijk getroffen. Derhalve is de Heilige Barbara beschermster tegen brand en bliksem en een plotselinge dood.

[iv] De vesting van Gla is 900 m lang en op zijn breedst 575m. De oude naam van deze plek is nog niet gevonden. De naam “Gla” betekent fortificatie, de huidige bevolking noemt de rots Paliokastro (Grieks voor ‘het oude fort “).
Bij opgraving aan het einde van de 19e eeuw bleken kwamen wat details over de versterkte muren naar boven. De muren zijn nog steeds duidelijk te herkennen. We zien op het terrein de contouren van gebouwen uit de Myceense periode. De 20 hectare is nogal omvangrijk, ter vergelijking is dat 10 keer de oppervlakte van de Myceense burchten van Athene of Tiryns.
De muren zijn gebouwd van grote kalkstenen blokken, meestal in wat we noemen cyclopische metselwerk techniek. Bij elkaar is het een lengte van 2,8 km en is de muur 3,5-6,75m breed. Meestal 3,5 meter hoog en 3-5m hoog. Gla had vier poorten, een ongewoon aantal voor een Myceense fortificatie. De vesting werd rond 1300 v. Chr gebouwd. Het “paleis” ligt centraal op een kunstmatig terras en bestaat uit drie vleugels. Elk van de vleugels bevat kleine kamers, gerangschikt in groepen van zes.
Een interessant kenmerk van de gebouwen op Gla is de ontdekking van gebakken dakpannen.
Het vroegere meer van Kopais, was het grootste meer in het zuiden van Griekenland, en werd in de prehistorie al drooggelegd door een systeem van dammen en kanalen. ongeveer in de periode dat ook Gla werd gebouwd. Aan het einde van de Myceense periode werd het drainagesysteem niet meer onderhouden en ontstond het meer opnieuw. Pas in de 19e eeuw werd het opnieuw drooggelegd.

[v] De Slag bij Marathon was de beslissende veldslag die de Eerste Perzische Oorlog eindigde en de eerste poging van de Perzen om de Griekse stadstaten bij het rijk te voegen.
In augustus 490 v.Chr. landde een Perzische expeditieleger op advies van Hippias aan de oostkust van Attika, ter hoogte van het dorp Marathon, op 42 km en 195 m ten noordoosten van Athene. Onder de charismatische leiding van Miltiades wisten de Atheners deze poging te verijdelen. Volgens hoge ramingen verloren de Perzen 6000 à 7000 man. Daartegenover sneuvelden er “slechts” 192 Atheense burgers, wier stoffelijk overschot ter plaatse werd bijgezet in een nu nog bestaande grafheuvel.
Volgens een verhaal uit latere tijden bracht de ijlbode Phidippides het bericht van de Griekse overwinning in één ruk naar Athene, waar hij bij aankomst stierf van uitputting. Het is waarschijnlijk een legende. Toch werd bij de oprichting van de moderne Olympische Spelen ter herinnering de Marathonloop ingevoerd.
Historisch is wel dat de Atheense troepen onmiddellijk na de aftocht van de Perzen in ijltempo naar Athene terugkeerden, een geforceerde mars van een zevental uren. Ze kwamen op tijd aan om een tweede landingspoging te beletten van de Perzische vloot, die om Kaap Soenion gevaren was.

[vi] Volgens de overlevering was Brauron een van de Attische nederzettingen die toetraden tot de Twaalfstedenbond van de mythische koning Cecrops. Sinds de 8e eeuw v.Chr. gold het als het meest beroemde Artemisheiligdom van geheel Attika.
De Atheense tiran Pisistratus was afkomstig uit Brauron. Hij verhief de plaatselijke eredienst van Artemis tot staatscultus, en liet een Dorische tempel bouwen, die later door de Perzen werd vernield maar vervolgens weer opgebouwd onder Cimon. De bloeitijd van de cultusplaats viel in de 5e en 4e eeuw v.Chr.
Het heiligdom bleef tot het einde van de Oudheid in gebruik. In de 6e eeuw na Chr. werd een vroeg-christelijke basilica (waarvan nog zichtbare sporen bestaan) in de onmiddellijke omgeving gebouwd. Tenslotte werd in de 15e eeuw vlak naast de vroegere tempel de Agios Georgios-kapel (ter ere van de H. Joris) gebouwd.
In Brauron werd Artemis vereerd als een pre-helleense godin, de meesteres der dieren, beschermster van de ongerepte natuur en van de maagdelijkheid. Precies omdat zij waakt over de maagdelijkheid, brachten kinderen bij het begin van de puberteit een verzoeningsoffer aan de godin, net op het ogenblik dat zij riskeerden die maagdelijkheid te verliezen. Jonge moeders offerden aan Artemis de kleren waarin zij bevallen waren, en dat deed men ook wanneer de vrouw de bevalling niet had overleefd.
Om de vier jaar werd in het voorjaar het lentefeest van de Brauronia gevierd. Hoewel er weinig bekend is over de mysterieuze rituelen, verwijst Aristophanes in zijn blijspel Lysistrate naar de “berendans”, waarbij kinderpriesteresjes gehuld in saffraangele gewaden, dansten ter ere van een berin, het heilig dier van Artemis. Deze beer werd, volgens de mythe door Orestes en Iphigenieia bij hun aankomst in Attika per ongeluk gedood. Het feest zou ontstaan zijn om dit euvel goed te maken en de godin te verzoenen. De “berinnetjes” werden op de leeftijd van 7 jaar aan de eredienst van Artemis toegewijd.
De aanwezigheid van een Heiligdom van Artemis Brauronia, een “filiaal” op de Atheense akropolis (rechts van de ingang), toont aan welke belangrijke positie de eredienst van Artemis Brauronia wel innam in het Atheense staatsbestel.

This entry was posted in Griekenland, Reizen and tagged , . Bookmark the permalink.

Comments are closed.