KILLMORE QUAY EN SALTEE ISLANDS

P1000292De eerste kilometers door Ierland zijn anders, de mijlen worden kilometers en alles kan ineens in Euro’s worden afgerekend. Wij rijden vanaf de boot in Rosslare naar het vissersdorpjes Killmore Quay. Een plek, eigenlijk niet meer dan een paar traditionele huizen met rieten daken. De inwoners leven vooral van visserij en een beetje toerisme. Naast de witte huisjes zien we natuurlijk een katholieke kerk met gemeenschapscentrum en een verlaten hotel. Je vraagt je af wie er in dit gat ooit op vakantie ging. Veertien dagen Killmore Quay dagen lijken mij erg optimistisch.
Het haventje is een vervallen schoonheid. Een groot gapend gat markeert de plaats waar ooit een tentoonstellingsschip lag. Om de een of andere reden is het verdwenen. Op de bodem van het gat in de vorm van een schip ligt het skelet van een gezonken roeiboot. Naast dit gat een groot bord met een amateuristisch geschilderde papegaaiduikers. Een zekere Declan geeft aan dat je hem moet bellen wil je naar een van de Saltee Island varen. Helaas vergeet de man aan te geven waar je heen moet bellen en staan ook de vertrektijden niet op het bord. Volgens mij is dit gedaan om de neringdoende kruidenier te ondersteunen, want als ik het daar de volgende ochtend vraag krijg ik antwoord. Het meisje achter de balie kent het nummer uit haar hoofd.

Als ik bel wordt er helaas niet opgenomen. Een uurtje later worden we echter teruggebeld, we zitten nog aan het ontbijt. Snel pakken we in om op tijd bij de boot te wezen. Op de kade wachten nog 10 personen. Allen voorzien van grote rugzakken en stevig bergschoeisel. Wij zijn minder goed voorbereid, een povere boterham, banaan met een flesje water is alles dat wij als proviand meedragen. We zullen tot 16.00 uur op Great Saltee, een flinke rots ons gaan amuseren. Voor slechts 25 euro per persoon worden we heen en weer gebracht in een kleine rode vissersboot. De zee weet onderweg behoorlijke golven te produceren, al spoedig zit ik dan ook met natte voeten. Op de boot, zonder zitplaatsen, zitten we samen met wandelaars en nog eens drie onderzoekers die Jan-van-Genten gaan vangen en van GPS modules gaan voorzien. Daarvoor gebruiken ze lange vishengels met een lus, dit materiaal nemen ze mee aan boord. Na een tocht van ca. een half uur arriveren we voor de kust van Great Saltee. De boot kan er niet komen dus moeten we overstappen op een rubberboot die ons naar de glibberige met zeewier overdekte rotsachtige kust brengt. Great Saltee is eigendom van een particulier. Saltees schijnt een Noorse oorsprong te hebben en wil zoveel zeggen als zout eiland. Bij sterke wind en hoge waait er dan ook en zoute nevel over de eilanden. De rotsen van het eiland vinden hun oorsprong in het pre-Cambrium, maar liefst 600 tot 2000 miljoen jaar terug. Al in de nieuwe steentijd liepen er mensen op de eilanden rond, er zij enkele religieuze overblijfselen gevonden. Gezien de omvang van de eilanden is er verder niet zo heel veel uit dat grijze verleden bekend. Klein en stenig garanderen ook niet veel vondsten. Tussen 1500 tot 1800 waren de eilanden vooral de uitvalbasis van piraten en smokkelaars. De wateren rond de eilanden zijn erg gevaarlijk, vandaar dat het gebied bekend staat als het „kerkhof van duizend schepen“; daarbij zijn de kleine eilanden de grafstenen. Op het eiland zijn nog restanten van huisjes te vinden. Daar werd vroeger gewoond en geboerd.

Sinds december 1943 is Saltees een privé-eiland van de familie Neale. De eerste eigenaar, zich prins Michael de Eerste noemende stierf in januari 1998 en werd opgevolgd door zijn oudste zoon, Michael de Tweede. Deze eerste prins was rijk en hield van vliegen. Derhalve liet hij dan ook een landingsbaan op het eiland aanleggen. De Saltees zijn Ierlands grootste vogelreservaten, maar liggen ook op een belangrijke migratieroute en foerageergebied tijdens de lente en de herfst. Het is sympathiek te noemen dat de huidige eigenaren van het eiland dit stukje grond open hebben gesteld voor vogelliefhebbers.

In 1956 werd de prins gekroond. Het hoogste orgaan op dit bijna onbewoonde eiland is de raad van 12 die zich door 12 vissers ergens op de wereld ziet vertegenwoordigd. Al direct bij het betreden van het eiland maken we kennis met deze feiten. Een groot stenen bord verwelkomt ons met deze informatie. Dit hobby-project heeft een eigen koninkrijkje met als inwoners vooral veel vogels.

Midden op het eiland staat een protserig beeld met hoogdravende teksten, ze zijn wat verweerd zodat het lastig lezen is. Naast dit kolomachtige beeld staat een stenen troon. Het lijkt wel het decor van een slechte Hollywood film. Het paleis van de prins is een woonhuis met twee verdiepingen, afgeschermd met de bordjes “Private”.

Je neemt het bordje private uiteraard serieus, want behalve de hoofdingang is er toch geen toegang te bedenken. Het huis is namelijk omsingeld door braamstruiken. Struiken die vooral nog bloesem dragen en een enkele rode braam. De kale rots kent ook nog een bomenrij, bij nadere beschouwing is dat de oprijlaan van huis naar troon. Hoe maf wil je zijn in een Legolandwereld voor volwassenen? P1000364Wij lopen dwars het eiland over, aan de oceaan kant staan we bovenop hoge steile rotsen. In de diepte de zee. Als we goed kijken zien we daar een tiental flinke robben zwemmen. Het lijken zelfs walrussen. De majestueuze dieren staan rechtop in het heldere water. Af en toe duiken ze onder. Het lijkt er op alsof ze ons de hele tijd aankijken. Ik weet dat het nieuwsgierige dieren zijn, maar of ze ons op die afstand waarnemen is maar de vraag. Het waait permanent op de rots, maar omdat het droog is kunnen we comfortabel op de zachte deken van planten gaan liggen. Het lijkt wel hoogpolig tapijt waar je heerlijk in wegzakt. Makkelijk lopen is het overigens niet, maar om ons te gerieven zijn er platgetreden paden over het eiland. In de rotsen leven heel veel vogels. We kennen ze helaas niet allemaal bij naam, maar meeuwen, aalscholvers en zeekoeten herkennen we wel. Ze zitten aan de rotsen gekluisterd met vaak een of meerdere jongen. Na de zeehonden vervolgen we ons pad, eerder in de omgeving van de prinselijke woning zagen we al een groot aantal lege en vervallen huisjes. De kale gestapelde keien zijn restanten van huizen uit een tijd dat er nog gewoond en geleefd op het eiland. Dwars over het hele eiland staat een stenen muur die deels overwoekert is door dikke taaie varens. Varens en gras zijn de enige natuurlijke vegetatie op Great Saltee. Een pad dwars door die varens brengt ons naar de andere kant, de zuidkant. Hier liepen ook de anderen bootpassagiers heen, voor ons de enige aanwijzing dat daar wat te doen is. Behalve het bordje “Private” en “To the boot” zijn er geen richtingaanwijzers. Niet zo gek overigens want er is ook maar een pad op dit eiland. Door de varens wandelend komen we een paar overleden vogels tegen en vliegen er ineens fazanten weg. We waden door de groene biomassa naar boven, de heuvel op. In de diepte zien we een kolonie aalscholvers, een enkeling strekt de vleugels uit en zet zo zijn natte veren te drogen. Wie goed kijkt ziet aalscholvers naar vis duiken. Een grote chagrijnige meeuw let even verderop goed op haar drie jongen. De nog in grauwe veren gestoken meeuwtjes worden geïnstrueerd door moedermeeuw. Als we nog een heuvel gepasseerd hebben zien we een enorme witte rots met duizenden Jan-van-Genten er op. Ook de vogelonderzoekers zijn daar actief. Met de lange stok trekken ze er een vogel tussenuit. Hevig protesterend krijgt het beest een kap op en wordt gewogen. Ca. 3 kg weegt ieder beest. Aan hun staart zit een GPS systeem. Daaruit haalt men informatie over het gedrag van de beesten. De rots is in wezen makkelijk te bereiken. De vogels nemen nauwelijks aanstoot aan bezoekers. Ook raken zie niet van de kook als er door de lange stok naar een van hen wordt gehengeld.

P1000430Vogels in alle stadia van hun leven zie je op de rotsen zitten, naast vechtende mannetjes, en broedende vrouwtjes zitten er ook kuikens met een dikke spierwitte dons. Als ze die huid verliezen worden ze zwart om daarna de witte veren met gele kop te krijgen. Een van de gevangen vogels is wat beter te bekijken, de kop is prachtig getekend. Het is vogel S007, aan zijn poot een rood label en in zijn veren op de rug de GPS module. We gaan na uren pas van deze plek weg. We willen met een ruime boog naar de boot. Helaas niet zo’n goed idee, hoog gras en een ondoordringbaar varen dek, waarin meeuwennesten blijken te zitten doen ons besluiten zo snel mogelijk de gebaande paden weer op te zoeken. Redelijk moe komen we om half vier bij de afgesproken plek waar de rubberboot ons ophaalt. Een snelle boottocht brengt ons terug naar de haven van Killmore Quay.

[flickr-gallery mode=”photoset” photoset=”72157627193867549″]

This entry was posted in Ierland and tagged , . Bookmark the permalink.

Comments are closed.