AMELAND Badweg

imageZelfs de streekbus wil er niet komen, nog voor de Badweg in Hollum slaat hij rechtsaf. Ameland is niet echt gezegend met zijn Badweg. Eigenlijk is het ook geen echte Badweg meer. De weg eindigt in het Hollumer bos, bosweg zou een betere benaming zijn. De Badweg is zelfs een weg die, indien weggegumd van de kaart, het mooie dorpje Hollum alleen nog maar mooier zou maken. badweghollum1931

Ergens in de dertiger jaren stond aan het einde van de Badweg nog een groot baken. Belangrijk omdat dat aangaf waar het  gevaarlijke Amelander Gat of Borndiep kon spoken.

Er is een duidelijke reden waarom deze Badweg zo doelloos benoemd is. Via deze straat gingen badgasten tot ca 1959 naar het badstrand van Hollum.

Aan het einde van deze straat stonden ca. 40 gebouwen in de duinen. Dat waren 2 badhuizen, 2 winkels, zomerwoningen en ten westen van het dennenbos was een camping. Aan het eerste stuk van de Fennenweg kwamen rond 1950 caravans te staan. Door de hevige duinafslag moesten regelmatig zomerwoningen worden afgebroken. In 1940 werden de laatste huizen verwijderd op last van de Duitsers. Eén van die badhuizen werd verplaatst en werd de in 2005 gesloopte discotheek Westend.

Door de sterke stroming kon er niet meer veilig op deze plaatst gezwommen worden. Het oorspronkelijke badstrand is daardoor verplaatst, de weg niet.

Afbeelding kaart

De huizen aan de Badweg zijn veelal van een “jaren vijftig van de vorige eeuw” treurigheid. De weg begint in het dorp Hollum vanaf het kruispunt van de Hidde Dirks Kat, de Westerlaan en het Tjettepad. De laatste is genoemd naar Tjeerdje Jans van der Zwaag zij bewoonde een kleine boerderij met twee ongehuwde zoons n.l. Tjette Jan en Tjette Klaas. Ging je hier het dorp uit, dan ging je “Tjettes-uut”. Kwam je hier het dorp in, dan kwam je “Tjettes-op”.

De Badweg ligt zoals het hoort vooral buiten of aan de rand van het dorp.Het straatnaambordje zit stevig vastgeschroefd op de woning van nr. 2. Dit is een woning waarop de architect niet veel fantasie heeft losgelaten. Veelal werden dit soort panden overigens volgens een soort standaard nagemaakt en werd er dan ook weinig geld en tijd besteed aan verfraaiing. De grote tuinen en de ruimte om de huizen zullen het woongenot overigens zeker niet in de weg zitten en hier zit je beter dan in menig nieuwbouwwijk elders in het land. Hollum kent nauwelijks nieuwbouw, behalve langs de Badweg. Drie namen van huizen schieten er toch langs de Badweg uit, Bellevue, Castor en Pollux en Barthlehiem. De laatste kan ik in verband brengen met de Elfstedentocht of is een knipoog naar de Badweg.

Hollum is een lappendeken van kleine huisjes die dankzij de almaar durende armoede niet zijn afgebroken. Het oudste huis werd in 1615 gebouwd, al staat op de gevel 1516. Het plaatsje hoorde ook veel walvisvaarders toe, dat waren mensen die door armoe gedreven grote risico’s liepen. Commandeur Hidde Dirks Kat is daar en voorbeeld van. Hij ging op reis met vele mannen aan boord in  5 schepen. Zijn schepen vergingen in de ijszee na grote ontberingen keerde hij met slechts 17 zeelieden terug.

Na de woningen uit de naoorlogse jaren te hebben verlaten staat aan de rechterkans stellingmolen ‘De Verwachting’. Het dorp Hollum heeft in de loop der tijden vier molens gekend. Al deze molens zijn inmiddels verdwenen.
De laatste molen was ‘De Verwachting’. Deze molen werd in 1840 door molenbouwer Van der Meer uit Harlingen gebouwd.
Tot 1949 is ‘De Verwachting’ in gebruik geweest. Enkele jaren voor de Tweede Wereldoorlog ging men over op het gebruik van een dieselmotor, maar toen in de oorlog hiervoor geen brandstof meer verkrijgbaar was, werd weer op de wind gemalen.
In 1949 werd de molen wegens bouwvalligheid gesloopt.
In 1991 werd tot herbouw overgegaan. Dit was mogelijk door financiële steun van diverse instanties en bijdragen van de bevolking. Met de herbouw werd een stukje verdwenen historie teruggehaald.
Voor deze herbouw werd gebruik gemaakt van een achtkant uit het Overijsselse Brucht. (zie ook de online Molendatabase). Vanaf de Stelling van de molen is een groot deel van de resterende Badweg te bekijken. In de benedenruimte van de molen is een kleine winkel en tentoonstellingsruimte gevestigd. Wie wil gruwelen kan er Bramenmosterd kopen.

hollumstrandlevenNog steeds rekent het gemeentebestuur op toeristische belangstelling voor de Badweg. Langs de weg staan twee zitbankjes. Die staan niet naar de meest boeiende kant gericht, de weilanden, maar naar de straatkant. De weilanden zijn het bekijken zeker waard. Daar op mag men van 1 februari tot en met 15 april niet komen omdat het in die periode dienst doet als vogel opvangebied. De boeren op Ameland zullen naar alle waarschijnlijkheid niet meer volledig zelfstandig kunnen functioneren. Daarvoor is de opbrengst van het land te gering. Halverwege de weg doorkruizen we het erf van een schapenfokker. De Badweg snijdt dwars door het bedrijf heen, aan beide kanten staan stallen. De boer is daar druk bezig met voer klaar te zetten voor de beesten. Lelijke woningen staan verderop aan de oostkant van de weg. Een uitzondering vormt het huis met de illustere naam Karbonkel (in de medische literatuur is dat een steenpuist). Heel veel schelpen versieren daar de kozijnen en diverse ornamenten. Het huis is onmiskenbaar in de jaren dertig van de vorige eeuw gebouwd. Hierna is het resterende deel van de weg is nagenoeg onbebouwd.

Pas na enige tijd staat aan de westkant van de Badweg een groepje moderne woningen. Het blijkt vakantiepark Boomhiemke te zijn. Zo op het eerste gezicht is dit moderne complex niet echt lelijk te noemen. Rietendaken geven eilander woningen wat meer warmte en passen goed in het eilander landschap.

Ook het houten vakantiewoning huis Bellevue past in het beeld van een Badweg. Dit pand dateert van 1922. De woning had vroeger één oliekachel en kon buiten de zomermaanden dan ook niet bewoond worden.

De laatste echte woningen aan de Badweg zijn op het volgende kruispunt te vinden, ze hebben ook nog eens namen, Castor en Pollux. Van hier liep vroeger de weg nog een heel eind verder naar het westen. Volgens de verhalen moest je nog ruim 10 minuten tot een kwartier lopen voordat je aan het strand kwam. Aan de Badweg, op weg naar het strand, lagen vroeger nog meer vakantiewoningen, maar de zee heeft aan de westkant van het eiland veel land weggeslagen. Van de vakantiewoningen is niet veel meer terug te vinden.
Heel zelden tref je nog stenen aan op het strand die van de huisjes afkomstig zijn.
Tegenwoordig doet Rijkswaterstaat veel om het landverlies tegen te gaan. Aan de westkant van het eiland is een dijk aangelegd en het strand wordt regelmatig met zand opgespoten.

imageOm aan het strand te komen moet je over het Sierdsmoaispâd. Dit is een mooie opgang naar het strand. De toegang kan qua breedte niet op tegen de opgangen van andere eilanden, maar het erachter gelegen strand is zeker de moeite waard. Het Borndiep ligt tussen Terschelling en Ameland. Het is een diepe vaargeul die een gevaar vormt voor het eiland.

 

[flickr-gallery mode=”photoset” photoset=”72157626386154861″]

This entry was posted in Wadden and tagged . Bookmark the permalink.

Comments are closed.